Als een echtpaar een beenmergdonor nodig heeft voor hun dodelijk zieke baby, komt er een geheim aan het licht dat zowel het kind als hun huwelijk in gevaar brengt.
Irak tijdens de jaren vijftig. Pius groeit beschermd en avontuurlijk op, samen met elf broers en zussen. Zijn familie behoort tot de oudste christelijke gemeenschappen en houdt haar eigen tradities hoog; zijn moedertaal is het Bijbelse Aramees. In de grote familieclan worden de wetten van gastvrijheid en respect nageleefd. Het vredige bestaan naast Arabieren, Koerden, Armeniërs en Turkmenen beïnvloedt Pius. Als Saddam Hoessein aan de macht komt, vlucht de familie naar het zuiden. Pius benut de mogelijkheid om Engelse letterkunde in Bagdad te gaan studeren. Tijdens een studiereis in Londen wordt hij verliefd op een Catalaans meisje. Dat leidt tot een explosie van zinnelijkheid.
Na de Apartheid worstelt een kleurling-familie uit Johannesburg, die betrokken was bij de strijd tegen Apartheid, met de trauma's die zij daarbij hebben opgelopen.
Aan de onbezorgde jeugd van een Amerikaans rijkeluiszoontje komt plotseling een eind als zijn broer verongelukt en zijn moeder sterft aan een hartaanval.
Een Amerikaanse journaliste voelt zich niet thuis in Londen en dat verergert tijdens de postnatale depressie na de geboorte van haar zoontje en zeker als haar man de voogdij over hun kind aanvraagt.