Analyse van de huidige maatschappelijke betekenis van de rooms-katholieke kerk en van de wijze waarop de kerk een grotere rol in de samenleving kan spelen.
In dit boek wil Mettepenningen doorstoten tot de kern van het christendom. Dat is niet zozeer een leer of hét geloof, maar wel een praktijk. Wil de kerk herleven, dan moet ze terugkeren naar de verkondiging van die Blijde Boodschap in plaats van alle aandacht op zichzelf te trekken als religieuze instelling.
Steeds meer mensen keren de kerk de rug toe, al dan niet vanwege schandalen als seksueel misbruik. Is er nog toekomst voor de kerk? Kan een concilie daaraan bijdragen? Zo ja, hoe moet dat concilie er dan uitzien en welke onderwerpen moet het behandelen?
