Beschouwing over hoe de mens tot waarheidsvinding komt, met aandacht voor de oorzaken en gevolgen van de valkuilen die daarbij komen kijken, zoals het redeneren vanuit tunnelvisie en het ontstaan van gerechtelijke dwalingen. Met zwart-witafbeeldingen.
Beschouwingen van de Duitse filosofe en politicologe (1906-1975) over oordelen in de filosofie en politicologie. In dit boek zijn ook de colleges over Kants late politieke geschriften opgenomen, naast drie andere teksten over oordelen: over het totalitarisme, over Socrates als filosoof en over Lessings onderscheid tussen waarheid en mening. Wordt beschouwd als de vervollediging van haar trilogie, hoewel ze die zelf nooit heeft afgesloten.
Vanuit een minutieuze bespreking van de klassieke gelijkenis van Plato over de grot verdedigt de Denker des Vaderlands het recht van het volk om verheffing en waarheid te weigeren.
Katinka logeert in de vakantie bij haar opa. Daar zijn twee buurkinderen die ze graag wil leren kennen. Morgen gaan ze samen spelen. Misschien kunnen ze vrienden worden? Katinka's verwachtingen zijn hooggespannen. Ze besluit niet alles over zichzelf te vertellen. Niet wat er op haar vorige school is gebeurd, en dat ze naar een andere school gaat, bijvoorbeeld. Maar over Patrick, de aap die ze als huisdier heeft, vertelt ze wel. Het is een schot in de roos: ze heeft de aandacht van de buurkinderen meteen te pakken.
Verontruste bedenkingen over het populisme in steeds meer landen, de aanvallen op het liberalisme, de toenemende onverdraagzaamheid, de identiteitspolitiek van groepen en de kritiek op de elite.