Twee jeugdige geliefden sturen elkaar brieven. Ze blijken niet alleen ruimtelijk, maar ook in de tijd van elkaar gescheiden. De jongen, Volodja, doet als soldaat mee aan de Bokseropstand in China; het meisje, Sasja, schrijft vanuit het Sint-Petersburg van nu. In de brieven die ze elkaar schrijven en waarin het lijkt alsof ze elkaar kennen, vertellen ze over hun eigen leven, herinneringen en de gebeurtenissen die ze meemaken.
Door het isolement waarin de joden in Ferrara door de fascisten gedrongen worden komt een joodse student in contact met de onberekenbare dochter van een aristocratische joodse familie.