Halverwege de 20e eeuw is de 6-jarige Arthur (ik-figuur) een van de eerste Engelse weeskinderen die naar Australie͏̈ worden verscheept. Ruim een halve eeuw later reist zijn dochter terug om Arthurs verloren zus op te sporen. Vanaf ca. 13 jaar.
Birdie is vijftien en worstelt met haar vaders overlijden. Haar moeder Felicity lijkt meer begaan met haar uiterlijk dan met haar dochter. De plotse dood van haar eigen vader confronteert Felicity met haar verleden. Ondertussen groeien Birdies problemen.
Mo (14) weet niet hoe ze de zomervakantie moet doorkomen. Ze heeft last van vreetbuien en heeft niemand om mee op te trekken. Na een week verveling gooit Mo haar leven helemaal over een andere boeg. Vanaf ca. 13 jaar.
Poëtisch verhaal ofwel theatermonoloog waarin een man, die nooit volwassen wilde of kon worden, vertelt hoe hij op een bank in het park naar de wereld kijkt en ergens op wacht.
Zweden, 1956. Joel en zijn vader lijden onder het gemis van de moeder, die wegliep toen de jongen nog heel jong was. De enige vreugde in hun bestaan zijn de verhalen van vader. Maar uiteindelijk heeft de jongen daar niet genoeg aan en gaat hij op zoek naar een hond, die voor hem het geluk symboliseert. Al snel dringt zich een leeftijdsgenoot op die Joel dingen laat doen die hij niet wil. Er dreigt een ramp, maar deze wordt afgewenteld en wat overblijft is een hechtere band tussen vader en zoon.
Een moeder en echtgenote is het moe om steeds maar liefde te geven aan man en kinderen. Op een dag is haar liefde dood. Maar soms is liefde sterk genoeg om opnieuw te leven.
Jakob en Siri kennen mekaar niet, maar hebben een aantal dingen gemeenschappelijk. Behalve dat ze leven in een problematische thuissituatie, worstelen ze ook allebei met eenzaamheid. Wanneer hun paden mekaar kruisen, begint er iets nieuws voor allebei.
Een bundeling novellen, die als geheel een tragedie vormen met vele personages en hun onvermogen om hun ware innerlijke wereld met elkaar te delen. Het zijn stuk voor stuk gebroken figuren die een diepe pijn met zich meedragen.
Na het overlijden van haar oma staat Filia (18) er alleen voor. In het dagboek van haar oma leest ze over een bijzondere liefde. Sloot oma zichzelf en Filia daarom af van de buitenwereld? Vanaf ca. 15 jaar.
De dag begint slecht. Een meisje weet met zichzelf geen blijf. ’s Avonds krijgt ze opnieuw hoop. Een uitermate mooi vormgegeven prentenboek voor alle leeftijden om samen te bekijken en over te praten.
Een meisje dat altijd rood draagt, is nooit alleen omdat de stieren haar heel aantrekkelijk vinden. Of juist wel? Prentenboek met soms bizarre kleurenfoto's en illustraties en veel grafische grapjes. Vanaf ca. 6 jaar.
Bundel met drie verhalen over een familie waar iedereen op zoek is naar (een vorm van) liefde. In het eerste verhaal ontmoeten we de zoveelste minnaar van de moeder van de ik-figuur; in het tweede verhaal maken we kennis met een oude man in een rolstoel die bij de familie intrekt nadat grootmoeder is overleden; en in het derde verhaal vertrekt haar broer na een ruzie met weer een andere minnaar van haar moeder.
Het leven van de 17-jarige ik-figuur Stephen draait om zijn geheim: het beest. Daarnaast draagt hij zijn moeilijke verleden met zich mee en ook de toekomst ziet er niet erg rooskleurig uit. Vanaf ca. 15 jaar.
Er zit een grote lelijke vlek op Yasmines (13, ik-figuur) gezicht. Jarenlang weet ze zich staande te houden tussen de pestende of haar negerende klasgenoten, totdat Samuel haar wereldje binnenkomt. Vanaf ca. 13 jaar.
Wanneer Angel Paolo's ouders vermoordt, neemt hij de opvoeding van de jongen over. Samen bouwen ze een bestaan op in een uithoek van Chili. De komst van een vreemdeling is een test voor hun relatie. Vanaf ca. 14 jaar.
