Memoires van een joodse boekverkoopster (1889-1975) in Berlijn, die in 1939 uitweek naar Frankrijk, in Parijs een nieuwe boekhandel begon en in 1943 aan de nazi's wist te ontkomen naar Zwitserland.
De bijzondere geschiedenis van een in Frankrijk bekende familie wordt verteld door de kleinzoon aan de hand van de vertrekken in het huis in Parijs waar de familie woont.
Zeventig jaar na de Tweede Wereldoorlog vindt een jonge vrouw een brief van haar overleden grootmoeder, wier kersentuin het middelpunt vormde van een belangrijke smokkelroute voor Joodse kinderen.
Parijs, 1939. Odile Souchet werkt in de Amerikaanse bibliotheek maar als de nazi’s de stad bezetten en Joden niet meer welkom zijn, kunnen Odile en haar collega’s dit niet verkroppen en gaan ze de boeken bij hun Joodse leden thuis bezorgen.
Twee vrouwen proberen tijdens de Tweede Wereldoorlog te overleven in de Champagnestreek; in 2019 gaat een vrouw op zoek naar haar roots in diezelfde streek.
Nazikopstuk Reinhard Heydrich, alias 'de beul van Praag' en 'het blonde beest', is uitvinder en uitvoerder van de Shoah, en een van de wreedste nazi's die het Derde Rijk kende. Hij was de chef van Eichmann en de rechterhand van Himmler. Bij de SS noemden ze hem HhhH': Himmlers hersens heten Heydrich. In mei 1942 wordt hij in Praag in zijn open Mercedes getroffen door een granaat.
Op verzoek van haar grootmoeder gaat een jonge Amerikaanse vrouw naar Parijs om uit te zoeken wat er is geworden van de mensen die op een lijst met namen staat.
Een Amerikaanse journaliste doet onderzoek naar de jodenvervolging in Frankrijk. Daarbij stuit ze op een geheim van haar schoonfamilie. Herschreven in korte zinnen en gemakkelijke woorden.
Twee joodse broers slaan tijdens de Tweede Wereldoorlog op de vlucht; in hun zoektocht naar hun ouders ontmoeten ze veel mensen die hen belangeloos en met gevaar voor eigen leven helpen.
Dagboek van een Frans-joodse studente over de periode voor zij werd gedeporteerd naar het concentratiekamp Bergen-Belsen waar zij in april 1945 overleed.
De bijzondere geschiedenis van een in Frankrijk bekende familie wordt verteld door de kleinzoon aan de hand van de vertrekken in het huis in Parijs waar de familie woont.
Anne Sinclair schetst het levensverhaal van haar grootvader Paul Rosenberg, die in een week tijd van een befaamde Joodse kunsthandelaar een berooide vluchteling werd.
Tijdens de Duitse bezetting van Frankrijk worden een katholieke en een joodse leerling van een internaat vrienden. De joodse jongen wordt echter door een ontslagen personeelslid verraden
Frankrijk, 1942. De joodse Sara is verliefd op Jean maar hij houdt vooral van Philippe. Wanneer Jean wordt beschuldigd van een affaire met een Wehrmachtofficier wordt het drietal gedeporteerd. Sara met een gele ster, de jongens met een roze driehoek