Een Vlaams dorp, eind negentiende eeuw. Elisabeth, gevangen in een ongelukkig huwelijk met de arts Guillaume, bevalt van een tweeling. De eerstgeborene is Valentijn, een prachtig zoontje, het tweede kind is zo misvormd dat de vader hem zelfs geen naam wil geven. Nameloos blijft echter in leven. Dan kondigt de Eerste Wereldoorlog zich aan.
Twee verhalen, in het eerste zoekt een jonge vrouw wraak vanwege de dood van haar broertje en in het tweede zoekt een jonge vrouw vergelding voor het feit dat ze van haar geliefde is gescheiden.
Een strafrechtadvocate probeert aan de stress te ontkomen door met haar vriend een skivakantie te boeken maar dan staat plotseling het dochtertje van haar zus, met wie ze al lang geen contact meer heeft, op de stoep.
Een vrouw en drie mannen, onbekenden van elkaar, ontmoeten elkaar in een luxe bordeel. Als daar een prostituee wordt vermoord, worden ze alle vier verdacht.
Commissaris Van In krijgt te maken met een jongeman die ten onrechte lijkt te worden verdacht van moord op een meisje dat hem een vreselijk geheim heeft verteld over zijn afkomst.
Het zoontje van Wim en Saskia wordt dood aangetroffen op de achterbank van een snikhete auto. De gevolgen voor hun huwelijk zijn dramatisch. Een psychologe ontdekt dat er meer speelt tussen de ouders.
De rustige badplaats Blankenkenberge wordt opgeschrikt door de acties van een drugsbende. Nadat er een dode is gevallen, komen commissaris Van In en zijn assistent Versavel in actie.
Tessa en Marius, die elkaar leren kennen op de middelbare school, beiden een huwelijk aangaan met andere partners, blijven elkaar hun gehele verdere leven ontmoeten, heimelijk in anonieme hotelkamers of andere publieke ruimtes.
Reisleidster Sofie Catoor en chauffeur Walter Vervoort begeleiden een groep vakantiegangers tijdens een rondreis in de Jura. Eén heel jonge vrouw is in alles een buitenbeentje en iedereen vraagt zich af of ze niet per toeval in een verkeerde groep is terechtgekomen. Het wordt al snel pijnlijk duidelijk dat Sofie dringend wat meer aandacht moet besteden aan deze vrouw, die stiekem contact houdt met twee jonge mannen die ook in het hotel verblijven. Pas als een van hen spoorloos verdwijnt en een lid van de groep in een levensbedreigende situatie terechtkomt, beseft Sofie dat de jonge vrouw een verborgen agenda heeft...
Op 22 mei 1967 breekt een brand uit in de Brusselse Innovation. Het lijkt om een aanslag te gaan. De dertienjarige Hervé verliest zijn beide ouders bij deze brand. De ramp verbindt zijn lot aan Delphine, een militante actievoerster uit het hart van de Brusselse commune Ché. Auteur Johan Swinnen verloor zelf zijn beide ouders bij deze ramp, maar benadrukt dat het gaat om een fictief verhaal waarin hij zijn eigen theorie, over wat er die dag gebeurd is, verwerkt.
Voor een sterk gee͏̈ngageerd jong stel lijkt een droom in vervulling te gaan als ze worden uitgezonden naar een ontwikkelingsproject in een indianendorpje in Ecuador.
Twee misdaadromans over de concurrentiestrijd tussen vier niet onbevlekte kandidaten voor een baan als rector van een universiteit en over een jonge journaliste wier minnaar wordt vermoord.