Nina is een al te dromerig meisje van 12 jaar. Haar fantasie brengt haar geregeld in de problemen. Op een dag komt in het leegstaande buurhuis een jongen van haar leeftijd wonen.
Mon krijgt voor het eerst een meester. Een jongen uit de hoogste klas zegt dat meester Frank soms in een wolf verandert. Durft Mon nog wel naar school? AVI-M4. Vanaf ca. 7 jaar.
Jan-Willems ouders vinden een vakantie op een Franse camping een goed idee. Op die manier zullen hij en zijn zusje snel vlot Frans leren spreken. Jan Willem heeft er niet zo'n zin in. Op de camping aangekomen sluit hij, tot zijn eigen verbazing, snel vriendschap met een leeftijdsgenootje en breidt hij in een mum van tijd zijn talenkennis uit.
Lodewijk de koningspingui͏̈n is anders dan de andere pingui͏̈ns in de kolonie waar hij leeft. Hij is een echte twijfelaar en niet iedereen is blij met wat Lodewijk doet. Met veel illustraties in kleur. Voorlezen vanaf ca. 7 jaar.
Een jongen en zijn zus hebben allebei een eeuwenoude steen. Die stenen hebben een hoop meegemaakt. De jongen vertelt zijn zus alles over zijn eigen steen, maar wil niet luisteren naar haar verhaal. Dat haar steen heel anders is, dat weet hij wel.
Bundel in oblong formaat met 26 fantasieverhalen, van A tot Z, over slaapkamernachtdieren en met kleine vrijstaande kleurenillustraties. Voorlezen vanaf ca. 5 jaar, zelf lezen vanaf ca. 7 jaar.
Een invloedrijke recensent wil een negatief stuk schrijven over het restaurant van Lola's vader. Lola (10, ik-figuur) en Flo proberen dit te voorkomen. Vanaf ca. 9 jaar.
Daphne verhuist naar een dure buurt en is bang dat ze daar niet geaccepteerd wordt. Ze verzint allerlei dingen over zichzelf en haar familie. Die leugens komen natuurlijk een keer uit. Vanaf ca. 10 jaar.
Kobe is niet blij met zijn nieuwe broertje. Hij merkt dat hij helemaal niet met de baby kan spelen. Hij is boos en jaloers, tot hij ontdekt dat hij zijn broertje eigenlijk niet kan missen. Vanaf ca. 4 jaar, zelf lezen vanaf ca. 8 jaar.
Nikki moet voor school een sprookje van een ander einde voorzien. Als ze bij gym een bal op haar hoofd krijgt, komt ze in een sprookjeswereld terecht. Vanaf ca. 11 jaar.
Amanda heeft een ingebeeld vriendje: Rudger, een zogenaamde spinsel. Niemand kan hem zien, of toch? Als Amanda na een ongeluk niet meer aan Rudger denkt, begint hij te vervagen. Vanaf ca. 9 jaar.
Een meisje droomt van een huisdier. Na lang nadenken weet ze wat voor dier: een dinosaurus. Ze bedenkt wat er allemaal zou gebeuren als ze een dinosaurus had. Prentenboek met illustraties in frisse kleuren en tekst op rijm. Vanaf ca. 4 jaar.
Bert is gek op treinen. Zijn vader is omgekomen bij een treinongeluk. Op de dag dat hij een spreekbeurt moet houden, neemt hij een besluit: ik word een trein. Vanaf ca. 10 jaar.
Zoeperman is vier jaar; hij draagt een hemelsblauw zoeperpak met een knalrode cape en kan vliegen. Zo hoort en ziet hij alles. Prentenboek met dynamische, grappige illustraties in vrolijke kleuren. Vanaf ca. 3 jaar.
Roos wil voor het kringgesprek op school iets nieuws ontdekken om over te vertellen. Want Roos wil het allerliefst ontdekkingsreiziger worden. Maar waar en hoe vind je iets onbekends? Roos besluit eerst een landkaart te tekenen. En dan nog een, en nog een. Prentenboek met kleurrijke illustraties en fantasierijke landkaarten. Vanaf ca. 5 jaar.
Petra (12, ik-persoon) woont met haar ouders en zus Magda in een vuurtoren aan de Engelse kust. Als de Tweede Wereldoorlog uitbreekt, valt hun gezin uit elkaar. De meisjes komen er alleen voor te staan, maar ze weigeren de vuurtoren te verlaten. Vanaf ca. 10 jaar.
Ties trekt er vaak op uit met Gozert, zijn onzichtbare vriend. Samen beleven ze de tofste avonturen, al komt Ties daardoor vaak in de problemen. Ties ouders willen dat Gozert verdwijnt en grijpen in. Vanaf ca. 10 jaar.