Wanneer een jonge Italiaanse vrouw een relatie met een van de buurjongens van haar oma op het Italiaanse platteland krijgt, beginnen zij samen een ecologische leefgemeenschap, maar hun relatie komt onder druk te staan door hun onvervulde kinderwens.
De burgemeester van het Italiaanse bergdorpje Filettino verzet zich tegen de bezuinigingsdrift, schaft de euro af en roept zichzelf uit tot prins. De inwoners scharen zich achter hem en met vallen en opstaan ontstaat een utopische samenleving: kleinschalig, zelfvoorzienend, duurzaam en verdraagzaam.
De vondst van het levenloze lichaam van een jonge inwoner van een dorpje op de grens van Italie͏̈ en Frankrijk zorgt eind jaren tachtig voor veel onrust.
Op een wintermorgen worden drie inwoners van een afgelegen bergdorp in Noord-Italië geconfronteerd met elf zwaar verminkte lichamen, alle door verschillende oorzaken omgekomen, en alle op hetzelfde tijdstip. Niemand begrijpt wat er is gebeurd. De 42 inwoners van het dorp vallen ten prooi aan de toesnellende media. Van eenvoudige getuigen van een onbegrijpelijk kwaad worden zij de onvermoede hoofdfiguren van deze roman. En allen verliezen langzaam de greep op de werkelijkheid. Don Ermete kan zijn parochianen niet in de steek laten. Samen met een jonge psychiater die op de vlucht is voor een stukgelopen relatie, probeert hij deze verloren, weerbarstige mensen te redden. Don Ermete moet zich schrap zetten om toegang te krijgen tot de nederige woningen waar de waanzin ontkiemt.
In 1935 wordt een 5-jarig weesmeisje geadopteerd door een welgestelde boerenfamilie in een klein dorpje in Noord-West Italië. Hoewel het een woelige tijd is, met Mussolini aan de macht, is haar jeugd toch gelukkig.
Italie͏̈ eind 19e eeuw. Tiener Jole, dochter van een onderdrukte tabaksteler, moet gevaarlijk werk van haar vader overnemen: tabaksblad vanuit Italie͏̈ naar Oostenrijk smokkelen.
Als drie oudere dames begin 20e eeuw op het platteland rond Florence zich ontfermen over een puberende neef, leidt dat tot tragikomische tegenstellingen.
Een werkende hoogopgeleide dochter is bang na haar scheiding haar kansen als amoureuze herintreedster te verspelen door haar rol als mantelzorgster voor haar oude moeder.
1897. Vier gezinnen bewonen een landgoed in de Povlakte. Gebouwen, land en vee zijn eigendom van een grootgrondbezitter die tweederde van de oogst opeist. Wanneer de zesjarige Menek – de enige die naar school gaat – zijn klomp breekt, werkt zijn vader dag en nacht om een nieuwe te maken. Hij heeft hiervoor echter hout gebruikt van een boom die hij zonder toestemming heeft geveld.
