Als in 1946 een 7-jarige jongen van zijn tijdelijke pleeggezin zijn meest kostbare geschenk ooit krijgt, een viool, is dat de start naar een ander leven.
Terwijl de Duitsers vanuit de bossen tussen Scheveningen en Wassenaar V2’s afschieten op Londen, wordt een Engelse luchtmachtofficier naar Mechelen gestuurd, waar ze aan de hand van radargegevens de afvuurplek van de V2’s moet proberen vast te stellen.
In Spanje wordt na de Tweede Wereldoorlog een internationaal netwerk opgezet dat een veilig heenkomen zoekt voor nazi's. Vanuit het Spaanse verzet probeert men hierin te infiltreren.
De getrouwde Sophia woont in New York en wil haar studie scheikunde afmaken om een eigen cosmeticabedrijf te beginnen, maar de Tweede Wereldoorlog verstoort haar plannen.
Nazikopstuk Reinhard Heydrich, alias 'de beul van Praag' en 'het blonde beest', is uitvinder en uitvoerder van de Shoah, en een van de wreedste nazi's die het Derde Rijk kende. Hij was de chef van Eichmann en de rechterhand van Himmler. Bij de SS noemden ze hem HhhH': Himmlers hersens heten Heydrich. In mei 1942 wordt hij in Praag in zijn open Mercedes getroffen door een granaat.
De lotgevallen van families in Engeland, Wales, Rusland, Duitsland en VS zijn verweven met de gebeurtenissen voor, tijdens en na de Tweede Wereldoorlog.
Edie Burchill en haar moeder hebben nooit een goede band gehad. Maar wanneer ze een verloren gewaande brief ontvangen, begint Edie te vermoeden dat haar moeder achter haar emotionele afstandelijkheid een oud geheim verbergt. Edie weet dat haar moeder als vijftienjarig meisje tijdens de oorlog werd geëvacueerd uit Londen en logeerde op een kasteel bij de familie Blythe: de mysterieuze Juniper, haar tweelingzussen, en hun vader, kinderboekenauteur Raymond. Edie besluit de excentrieke gezusters Blythe te bezoeken. De drie oude dames wonen nog steeds samen in het inmiddels verwaarloosde kasteel. De tweeling zorgt voor Juniper, die gek is geworden nadat haar verloofde haar in 1941 verliet. Stap voor stap begint Edie de knoop van haar moeders verleden te ontwarren.
In een Oostenrijks plattelandsdorp herstelt in 1944 een jonge soldaat van zijn oorlogswonden, waar hij tussen hoop en vrees heen en weer wordt geslingerd.
Het deels waargebeurd, deels fictief levensverhaal van de Joodse acteur, entertainer en regisseur Kurt Gerron. De SS vraagt hem een film te maken waarin het vernederende gettobestaan wordt voorgesteld als een paradijs. Weigeren betekent transport naar Auschwitz, meewerken betekent verraad aan zichzelf en aan zijn kunst.
Psychiater Robert Hendricks wordt, door de uitnodiging van een Fransman die samen met Hendricks' vader in Eerste Wereldoorlog heeft gevochten, geconfronteerd met verdrongen herinneringen.