Als Coco en haar moeder Elisabeth elkaar op een dag bij toeval tegen het lijf lopen, vertelt de moeder tussen neus en lippen door dat ze niet lang meer te leven heeft. Coco voelt zich verantwoordelijk en trekt bij haar moeder in. Terug in het ouderlijk huis pakt Coco haar oude drankgewoontes weer op. Hoelang verdraagt de zieke Elisabeth haar dochter om zich heen?
De schatrijke Ross Lockhart laat zijn doodzieke vriendin Artis invriezen met het oog op een reanimatie wanneer de geneeskunde eeuwig leven kan garanderen.
Een derdewereldarts vertrekt na een relatiebreuk naar een vluchtelingenkamp in Afrika waar hij een teamleider ontmoet die nergens bang voor is en filosofische monologen houdt, maar als soldaten opduiken bij het kamp, stijgt de spanning.
Na de dood van haar grootvader gaat een vrouw uit een dorpje op de Balkan op zoek naar de ware toedracht van zijn dood; daarbij spelen familiemythen een grote rol.
Een man, die rouwt om zijn vrouw die bij een auto-ongeluk is omgekomen, slaagt er niet in om te gaan met zijn verdriet, totdat hij een besluit neemt en de ultieme consequenties aanvaardt.
Terwijl in 1944 zijn vrienden in Europa vechten, krijgt een in Amerika achtergebleven, voor het leger afgekeurde sportleraar te maken met een polio-epidemie.
Als zijn vriend bij een vistocht omkomt door onderkoeling (hij was zo verdiept in een boek dat hij vergat een jas mee te nemen), gaat een jongen daar aanvankelijk zeer onder gebukt.
Waarom dringen bepaalde beelden en gebeurtenissen uit het verleden zich telkens opnieuw aan ons op? Waarom blijven bepaalde uitspraken in ons geheugen 'haken'? Is ons geheugen iets wat we 'hebben', of wat we 'zijn'? Hemmerechts onderzoekt deze vragen. Ze laat zich daarbij leiden door haar eigen geheugen, én door dat van de directe nabestaanden van haar buurmeisje Mischa, moeder van twee jonge kinderen, die op veertigjarige leeftijd stierf aan leukemie. Verder komt Hemmerechts verrassende echo's op het spoor tussen de oorlogsherinneringen van haar moeder en 'Het verdriet van België', de roman van Hugo Claus. En ze herleest het werk van haar overleden man, de dichter Herman de Coninck, als een daad van verzet tegen het grote vergeten.
Romy, een jonge weduwe, gaat op vrijdagochtend langs bij haar buurvrouw Irma, een oude balletdanseres. Romy ontdekt dat Irma niet meer leeft en heeft het stellige idee dat er iets in de woning is veranderd. Ze vermoedt dat Irma het slachtoffer is van een roofoverval, en tot haar schrik is de eerste aan wie ze denkt haar eigen zoon, Cristian. Pas 's avonds durft Romy de hulp in te roepen van de huismeester. Hij laat niet merken andere gedachten te hebben over Irma's dood, maar zijn ridderlijke houding is niet geheel onbaatzuchtig.
Twee jeugdige geliefden sturen elkaar brieven. Ze blijken niet alleen ruimtelijk, maar ook in de tijd van elkaar gescheiden. De jongen, Volodja, doet als soldaat mee aan de Bokseropstand in China; het meisje, Sasja, schrijft vanuit het Sint-Petersburg van nu. In de brieven die ze elkaar schrijven en waarin het lijkt alsof ze elkaar kennen, vertellen ze over hun eigen leven, herinneringen en de gebeurtenissen die ze meemaken.