Appalachen, jaren ‘50-’60. Betty, vader Cherokee, moeder blank, groeit op met zeven broers en zussen. Het is een harde jeugd die ze vooral overleeft door de liefde van en voor haar Cherokee vader.
In het Glasgow van de jaren tachtig probeert de jongste zoon van een gebroken en straatarm gezin voor zijn alcoholistische moeder te zorgen, terwijl hij zelf met zijn identiteit worstelt.
De vriendschap tussen een jongen en een meisje uit twee elkaar concurrerende Engelse mijnwerkersdorpen wordt gekenmerkt door hun hoop op een beter leven.
Een Maleisische man vertelt zijn levensverhaal aan een journaliste, waardoor duidelijk wordt hoe het leven in het Verre Oosten veranderd is en hoe dat ertoe leidde dat hij iemand vermoordde.
Halverwege de 19e eeuw op een plantage in de Amerikaanse staat Virginia worden een jonge Ierse smid en een huisslavin verliefd op elkaar, het is voor die tijd een onmogelijke liefde.
Londen, 1913. Een 16-jarig meisje wordt voor de kerst uitgenodigd bij rijke familie op het Engelse platteland: een droomvakantie die de rest van haar leven zal bepalen.
In een tijd van massaontslagen en stijgende werkloosheid neemt de Franse journaliste Florence Aubenas de proef op de som. Een halfjaar lang verruilt ze Parijs voor de voor haar onbekende stad Caen in Normandië, om daar anoniem op zoek te gaan naar werk. Met alleen haar middelbareschooldiploma op zak vecht ze samen met een duizendtal andere werklozen voor een plek op de arbeidsmarkt. Het blijkt een uitputtende strijd, die niet meer oplevert dan een reeks slecht betaalde baantjes. Desondanks schetst Aubenas een hoopgevend beeld van deze werkende armen, die met humor, doorzettingsvermogen en solidariteit weten te overleven aan de onderkant van de samenleving.
Overzicht van de problemen van stadsjongeren in België, de repressie waarmee ze te maken hebben en de invloed van het neoliberale denken op de maatschappelijke situatie van die jongeren.
Als een 13-jarige jongen met zijn zusje en moeder door het landschap van de Mississippi reist, ontmoet hij daar de geest van een 12-jarige jongen, een van de slachtoffers van racistisch geweld in het Diepe Zuiden van de VS.
Herinneringen aan de grootvader van Hertmans, een leven dat getekend bleek door armoedige kinderjaren in het Gent van voor 1900, door gruwelijke ervaringen als frontsoldaat in de Eerste Wereldoorlog en door een jonggestorven grote liefde.